Laten we het vuur brandend houden
Alleen met geduld kun je van moslima's feministes maken, betoogt psychiater en traumatologe Carla Rus
In: Het Parool, Meningen, 22 november 2004
In 1913 pleegden suffragettes tijdens de eerste feministische golf in Engeland 22 aanslagen in één maand. Zij staken onder andere een kerk en verscheidene scholen in brand. Ze vochten voor gelijke rechten voor vrouwen, en dan vooral het kiesrecht Nu vraagt tijdens de derde feministische golf Ayaan Hirsi Ali op een daarmee vergeleken beschaafde manier aandacht voor vrouwenonderdrukking, en als reactie hierop vuurt een man zijn pistool af en steken anderen moskeeën en kerken in brand. Aan de vrouw de opdracht het hoofd koel te houden, en tegelijkertijd het vuur van de emancipatie brandende te houden.
Maar voor wie? Wíllen moslima's wel emanciperen? Of doen ze het op een manier die wij niet kunnen volgen? Een groot aantal geeft Hirsi Ali er de schuld van dat Nederland in brand staat. Andere zwijgen. Slechts weinige belijden hun steun hardop.
Als Hirsi Ali in gesprek met mishandelde vrouwen in een blijf-van-mijn-lijfhuis suggereert dat sommige teksten in de koran misschien aanzetten tot vrouwenmishandeling, raken de vrouwen in vuur en vlam. Hun afwijzing is onmiddellijk en fel en ze ontkennen ten stelligste dat deze teksten in de koran staan.
Als ik als psychotherapeute het idee heb dat de klachten van een cliënte wel eens te maken kunnen hebben met een gegeven uit haar persoonlijke geschiedenis, kan ik dit de cliënte voorleggen. De cliënte kan beamen of ontkennen. De ontkenning kan rustig worden overwogen, of fel en zonder nadenken volgen. In het laatste geval is er een kans dat ik raak zit, maar dat mijn interventie te vroeg komt. Ik moet dan nog een tijd om de hete brij heen dansen, vertrouwen winnen en voorzichtig aftasten wanneer de cliënte eraan toe is. Dit kan een lang proces zijn.
Nu is Hirsi Ali geen psychotherapeute, en in haar strategie zelfs geen Tweede-Kamerlid. Ze is meer een activiste die te vergelijken is met de feministes uit de eerste en tweede golf. Toch dringt zich de vraag op of haar strategie niet een brug te ver is geweest.
Ik weet het niet. De zachte aanpak van voorheen heeft namelijk onvoldoende zoden aan de dijk gezet. Niet alleen is het percentage allochtone vrouwen met een grotendeels islamitische achtergrond in de blijf-van-mijn-lijfhuizen tot zestig gestegen, ook zijn hun mishandelingen en psychiatrische klachten steeds ernstiger geworden. Het lijkt er bijna op dat de zachte aandrang van goed geïntegreerde moslima's op hun zusters om te emanciperen, op een nóg heftiger verzet van de mannen stuit.
Maar wat dán? In het geval van mijn cliënte heeft ze niet alleen klachten, maar is ze ook gemotiveerd om te veranderen. En in dit geval gaat het om vrouwen die weliswaar worden mishandeld en ernstige klachten hebben, maar kennelijk niet naar de legitimatie van hun mishandelingen durven te kijken.
Volgens de Pakistaanse theologe Ghazala Anwar geloven bijna alle moslims dat de koran letterlijk het woord van God is. In diezelfde koran staat in hoofdstuk 4 vers 34 dat een man zijn vrouw mag slaan, als zij hem ongehoorzaam is. Een enkel pak slaag nemen de vrouwen dus voor lief. Soms voelt vertrouwde onderdrukking immers veiliger dan onbekende vrijheid? Maar als de eerste slag is toegestaan, is de tweede - hardere - slag een stuk dichterbij gekomen. Pas dan protesteren sommige vrouwen en vluchten ze zelfs, maar een verband met de koran blijft een heilig taboe.
Inzicht kun je niet afdwingen. Ook vind ik dat wij als buitenstaanders anderen eigenlijk niet over hun geloof mogen lastigvallen. Maar verhalen en beelden gaan in hoofden van mensen zitten, ook de beelden die de islam over mannen en vrouwen verspreidt. Moslimjongens nemen deze beelden mee de Nederlandse straat op. Daar krijgen wij er ook mee te maken.
De recente gebeurtenissen tonen aan dat het een brandende kwestie is, die wat veiligheid betreft niet met voorzichtige psychotherapeutische interventies kan worden geblust. Maar de dialoog met de ruim negenhonderdduizend moslims is een ander verhaal. In de film Submission van Theo van Gogh en Hirsi Ali wordt de boodschap dat veel islamitische vrouwen worden mishandeld, openleggend en confronterend gebracht, in de veronderstelling dat de kijker dit aan kon. Maar de schok dat in de film koranteksten op een onréin vrouwenlichaam zijn gekalligrafeerd, liet de boodschap dat ditzelfde lichaam wel goed genoeg is om mishandeld worden, niet binnenkomen.
Kennelijk hebben we geen andere keus dan kalm aan te doen, opdat het lijntje niet breekt. Om rustig maar bij herhaling te berde te brengen dat in de koran weliswaar de man is uitverkoren boven de vrouw, maar dat onze maatschappij man en vrouw gelijke rechten geeft. Laten de moslima's beseffen dat hun zusters uit de tweede feministische golf vol liefde staan te trappelen om het olympische vuur van de emancipatie aan hen over te dragen.