De 23 van Trouw
Carla Rus
Afgelopen 25 september kwam het boek van Peter Bak uit over de 23 van Trouw. Een indrukwekkend boek. Hoewel er sprake is van tegenstrijdige verklaringen en de smoking gun ontbreekt, heeft Bak een geloofwaardig pleidooi neergezet dat het ultimatum voor Trouw op 9 augustus 1944 mogelijk fake was. Tot 9 augustus zou Trouw van de Duitsers de kans gekregen hebben te stoppen met Trouw, in ruil voor het niet doorgaan van de executie van 23 verspreiders van Trouw. Toch heb ik, gebaseerd op mijn eigen onderzoek voor Breekbare helden, het verzet in Zeeland 1940-’44 (2019) enige kritische kanttekeningen.
In de eerste plaats over hoe Bak spreekt over het doorslaan van de Zeeuwse Fré Bakker tijdens het verhoor door Erich Gottschalk in de SD-gevangenis in Haaren. Namelijk dat hij ‘helemaal leegloopt’. Zo is het niet gegaan. Drie andere Zeeuwen hadden in Haaren al vóór de arrestatie van Bakker tijdens hardhandige verhoren getuigd over de pilotenhulp, het wapenbezit, de verspreiding van Trouw en tevens de naam van de Kees de Graaff uit Goes (één van de 23) met een uitgebreide persoonsbeschrijving gegeven. Twee van deze Zeeuwen behoorden tot de groep van vijftien man (geen tien man, zoals Bak in zijn boek stelt) van de spionagegroep van mijn vader Jaap Rus die tegelijkertijd met de 23 van Trouw in Haaren zaten.
Verzetsstrijders tegen elkaar uitspelen
Zij waren verraden door de Duitse deserteur Fransz Still. Bij Sam Buijs werden bij huiszoeking wapens en bijna 2000 exemplaren van Trouw gevonden. Bij de anderen waren ook wapens gevonden en/of was van aangetoond dat zij verspreider waren van Trouw. Bakker werd dus gelijk bij het eerste verhoor geconfronteerd met een vrij volledig plaatje. Dit was ontstaan door de geslepen manier waarop Gottschalk zijn onderzoek deed. Piet van der Geest, leraar Duits van mijn vader die ook door Gottschalk is verhoord, vertelde later aan mijn vader dat Gottschalk tijdens de verhoren dán weer bij de één, dan weer bij de ander een puzzelstukje wist los te peuteren, waarbij hij de verschillende verzetsstrijders tegen elkaar uitspeelde en zo zijn puzzel steeds vollediger kon leggen. Bij het bekennen liep je nooit in één keer leeg, zo werkte het niet. Je gaf eerst – om de martelingen te doen stoppen – wat namen op van mensen waarvan je wist dat die al ondergedoken zaten en hoopte hartgrondig dat dit genoeg was. Als bij een volgend verhoor het niet genoeg bleek te zijn, gaf je weer wat informatie die je nog het minst gevaarlijk voorkwam en hoopte weer hartgrondig dat het nu genoeg zou zijn. Etc.
Verder stelt Bak dat Bakker zélf aangeboden zou hebben om mee te werken met de SD. Zo ging het niet. Gottschalk had goed door dat Bakker als jongste verzetsstrijder de zwakste schakel was en het was Gottschalk zélf die hem als lokaas uitkoos. Gottschalk begon vriendelijk, maar moest tijdens meerdere Dauervernehmungen eerst al Bakkers tanden en kiezen uit zijn kaken slaan en hem met de dood bedreigen voordat hij Bakker brak. Pas toen Gottschalk dreigde Bakkers familie iets aan doen, is Bakker overstag gegaan. Maar Gottschalk vertrouwde hem voor geen cent, want als Bakker op de uitkijk moest staan om oude verzetsmakkers aan te wijzen, kreeg hij twee zware koffers in zijn handen zodat hij ze geen seintje kon geven. Langs de verwarmingsbuizen van Bakkers cel no 128 liet hij Piet van der Geest in cel no 127 weten dat hij hiertoe werd aangezet. Van der Geest was eerst heel boos op Bakker, maar toen Bakker liet weten dat hij zijn positie ging gebruiken om mensen te waarschuwen en dit later ook bleek gedaan te hebben, nam Van der Geest het in naoorlogse rechtszaken tegen Bakker voor hem op. Bakker wist uiteindelijk te ontsnappen en ging weer door met zijn verzetswerk.
Zeer getraumatiseerd uit de oorlog
Fré Bakker is zeer getraumatiseerd de oorlog uitgekomen. Niet alleen heeft hij zijn hele leven wroeging gehad over zijn afgedwongen rol, ook was hij ontzet dat hij door de Trouwtop als enige aangewezen werd als zondebok voor het drama van de 23 van Trouw. Niet tegen de drie eerder doorgeslagen Zeeuwen, niet tegen Eik Speelman – die door de Trouwtop als grote verrader werd gezien en die wél goed behandeld was door Gottschalk, niet door anderen die waren doorgeslagen, maar juist tegen deze jonge verzetsstrijder die slechts drie namen van de Trouworganisatie kende, voerde de Trouwtop na de oorlog tot twee keer toe fanatiek een rechtszaak. Hierdoor heeft Bakker niet alleen in de oorlog twee jaar in de Duitse gevangenis gezeten, maar ook na de oorlog twee jaar in de Nederlandse gevangenis. Ik vraag me hierbij af of de Trouwtop hem mogelijk zo fanatiek als zondebok heeft aangewezen om eigen schuldgevoel over haar afwijzen van het ultimatum en de consequenties hiervan te verhullen.
Mijn tweede kritiekpunt is dat Bak stelt dat álle Trouwverspreiders die op dat moment opgesloten waren in Haaren gefusilleerd werden. Echter, alleen al in bovengenoemde groep van vijftien man zaten drie verspreiders die niet tot de 23 behoorden en die ‘alleen’ tuchtstraffen kregen. Het waren slechts onderverspreiders, maar dat gold ook voor vijftien van de 23 van Trouw.
Ook bij het idee van Bak dat de straffen voor de Trouwverspreiders zo hoog uitvielen omdat Trouw zich in juni ’43 loyaal aan het gewapende verzet had verklaard vanwege de aanvallen op distributiekantoren, zet ik enige vraagtekens. Want gewapende leden van spionagegroepen achter het front werden door de Duitsers – sinds de hulp van de franc tireurs in Frankrijk aan de geallieerden – als zeer gevaarlijk beschouwd. Het is dus onlogisch dat bij opgesloten leden van de spionagegroep waar wapens bij waren gevonden hun doodstraf werd omgezet in een tuchtstraf en dat de Trouwverspreiders wel werden geëxecuteerd.
Ik zou Bak dan ook willen vragen of hij heeft overwogen of de 23 van Trouw misschien mede zijn geëxecuteerd vanwege een machtsstrijd tussen de SD en de Trouwtop. Het was namelijk een prestigeproject van Gottschalk geworden om Trouw te doen stoppen. Hij liet zelfs Eik Speelman vrij om hiervoor op pad te gaan en hij leek Speelman op diens zoektocht niet te volgen. Gottschalk was een ‘grote’ in de Trouwzaak die hij hoogstpersoonlijk had ontrafeld. Piet van der Geest zei later over hem: “Gottschalk hat im Hintergrund die Faeden gezogen.” Gottschalk woonde altijd alle processen bij van verzetsmensen die hij had verhoord. En juist bij de rechtszaak van de 23 van Trouw werd hij nota bene weggestuurd. Waren aanklager Deppner en de hoogste bazen van de SD misschien geïrriteerd op hem dat hij hen aan het lijntje had gehouden met zijn prestigeproject Trouw te doen stoppen? Voelden de machthebbers zich misschien geschoffeerd dat de Trouwtop zich niet eens had verwaardigd te reageren op het voorstel van Gottschalk? Is het mogelijk dat de straffen hierdoor mogelijk hoger zijn uitgevallen? We zullen het nooit weten. Wat wel duidelijk is dat Gottschalk waarschijnlijk vond dat hij had gefaald. Want hij heeft in de naoorlogse verhoren nooit meer uit zichzelf over zijn mislukte prestigeproject gesproken. Bak lijkt dit op te vatten als dat Gottschalk nooit een dergelijk voorstel heeft gedaan en er nooit een ultimatum aangehangen heeft. Maar zelfs Sam Buijs zei later op vraag van mijn vader waarom Kees de Graaff wel en hij niet was gefusilleerd: “Ik viel niet onder de mislukte deal”. Dus zelfs hij wist er van af.
Fake?
We moeten wat mij betreft dus nog steeds met de mogelijkheid rekening houden dat het ultimatum wel eens níet fake was.
Er moet mij nog één ding van het hart. Bak stelt dat de post-freudiaanse psycholoog niet in verdringen gelooft. Echter, de tegenwoordige psychologen en psychiaters die traumatoloog zijn, zoals ikzelf ook ben, zijn zelfs een stapje verdergegaan. Ze hebben het begrip dissociatie uitgevonden en wetenschappelijk bewezen. Dissociatie kan optreden bij ernstige bedreigingen, zoals tijdens oorlogen en bij vroegkinderlijke mishandeling, waarbij een bepaalde geheugeninhoud volkomen uit bewustzijn wordt weggevaagd. De dissociatieve stoornissen staan als wetenschappelijk geaccepteerde diagnosen in de DSM 5 opgenomen. Baks boek was wat mij betreft nog sterker geweest, als hij zich had onthouden van deze en andere pseudo-psychologische frasen.