wiegen

wiegen

ze ligt voor het raam:
de vrouw bij wie de blinden van haar ogen scheurden
en weer ziet als een kind
hoe pluimen wiegen op de winterwind
als slingers van het lage licht.

de pendule houdt zijn adem in de stilte draagt gewicht

als plots de dirigent met wolken zwaait
dat haar oren knappen en zij bidt om niet knakken
nu de maan weg geschilderd is en het oordeel mild
mag zijn als zij boven komt om te zingen
en te fietsen.

haar fiets staat nog in de schuur.

soms is het goed je huid en ogen maar te sluiten
en te wachten tot het overwaait, niets te verwachten:
hoop oogst wat hij belooft op zijn hoogst
na een onbekende slag van de klok.

die nacht voert een bode de vrouw met zich mee
en brengt haar na afgelegen dromen
met de zon naar haar grond.

ze probeert haar ogen
elke morgen wimper voor wimper tegen het licht.

de pluimen wijzen ongeknakt naar boven.

het is stil
doodstil na de storm.
de vrouw wiegt en weegt haar lot:
zal ze haar pillen slikken?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *